bruisende expressiviteit


Vrijdag 30 mei 2014: In 'Scottish Sail', één van de vorige stukjes in blogspot, had 'Hodgepodge' het even over het samenspel met dansers en pipers tijdens een uitvoering van 'The Lord of the Dance'. Twee dansers en twee pipers op een botter, en 'Hodgepodge' inclusief snaredrummer op de wal. Terwijl de dansers dansten, wat choreografisch gezien te wensen over liet, speelden de pipers met snaredrummer en Hodgepodge beurtelings het couplet en het refrein. Muzikaal gezien was het ondanks de grote verschillen in toonsoort tussen pipers en 'Hodgepodge' nog een redelijk geslaagde poging, om de bruisende expressiviteit die 'The Lord of the Dance' in zich heeft, geen geweld aan te doen. De karikaturale choreografische uiting van de dansers deed dat echter wel. Een spetterende show die de Amerikaanse danser Michael Flatleys (1958) in 1996 gaf met dit nummer, hadden we natuurlijk niet verwacht. Ook niet kunnen verwachten, al helemaal niet op die vierkante meter die ze op de botter ter beschikking hadden. Maar wat meer expressiviteit in de slaapverwekkende danspasjes, had het plezier dat in tekst en choreografie van 'The Lord of the Dance' verweven zit echter wel beter tot uiting gebracht!

1e couplet:
I danced in the morning when the world was young
I danced in the moon and the stars and the sun.
I came down from heaven and I danced on the earth
At Bethlehem I had my birth

refrein:
Dance, dance, wherever you may be
I am the lord of the dance, said he!
And I lead you all, wherever you may be
And I lead you all in the dance, said he.


De Engelse dichter, songwriter en folk muzikant Sydney Carter (1915 – 2004) schreef de vijf wereldberoemde coupletten van 'Lord of the dance' in 1963. De melodie nam hij over van 'Simple Gifts' een lied uit 1848 van de Amerikaanse songwriter Joseph Brackett (1797 - 1882). Het was min of meer een soort lijflied destijds van de Amerikaanse Shakers, een religieuze sekte die vooral bekend was om haar culturele activiteiten en de gelijkheid tussen de seksen. De titel 'Lord of the Dance' kwam overigens toe aan Shiva, de Hindoe godheid als dansende Nataraja. 'The Lord of the dance' werd bekender dan Sydney Carter had verwacht. Hij had zeker niet verwacht dat de kerk het zelfs leuk zou vinden. Meer dat veel gelovigen de tekst te ver zouden vinden gaan, een beetje ketters en twijfelachtig religieus. Maar het tegendeel was waar, het raakte kennelijk een snaar, Carter's dansende Schepper of Nataraja, hoe je hem of haar ook noemen wil, werd ook door westerse religies zeer geapprecieerd.

Hoe dan ook, religieus of seculier, het maakt niet uit, 'The Lord of the Dance' is en blijft een mooi muziekdocument!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten